vrijdag 1 november 2013

klas 4, schrijfopdracht 2, verslag internationalisering

Uitwisseling
Twee weken naar een highschool in Amerika

Op twaalf oktober gingen we met negentien leerlingen en twee docenten op uitwisseling naar de Verenigde  Staten. Nadat we hier maanden naar uit gekeken hadden, gingen we nu eindelijk echt. Na een vlucht van acht uur arriveerden wij in de Verenigde Staten. Toen moesten we nog langs allerlei veiligheidscontroles voordat we met een bus naar Deerfield konden gaan. In Deerfield werden we op de school hartelijk ontvangen door onze gastgezinnen.  De rest van het weekend hebben we met het gastgezin verschillende dingen in de omgeving bezocht. We waren daar tijdens de Indian Summer, zo wordt het verkleuren van de blaadjes daar genoemd. Het is erg mooi om te zien.

New York
Tijdens de uitwisseling hebben wij verschillende dingen in de omgeving bezocht. De leukste excursie vond ik zelf die naar New York. Wij zijn twee dagen met de groep naar New York geweest. We logeerden in een hotel in Stamford, een plaats dicht bij New York. We hebben alle hoogtepunten bezocht. Ik vond New York heel erg leuk. Het is heel anders dan Amsterdam. Ik vond het geweldig om alle plaatsen zoals Times Square en het Vrijheidsbeeld, die je van televisie kent in het echt te zien. Op Times Square hebben we winkels als M&M’s World en een speelgoedwinkel waarin ze een reuzenrad hadden, bezocht.

Sport
Sport is heel belangrijk voor veel Amerikanen zo ook voor mijn gastgezin. Na school gaat bijna iedereen sporten. Mindy, mijn uitwisselingsstudente, speelt in het hockeyteam van de school. Ik heb al haar hockeywedstrijden bezocht. De sportteams op school zijn te vergelijken met de sportverenigingen in Nederland. Ze zijn erg fanatiek. Vanaf school gaan ze met het hele team in een schoolbus naar de wedstrijd locatie. In deze bus schreeuwen ze allerlei yells. Ze hebben teambuilding activiteiten zoals een teamlunch.
De leerlingen bezoeken elkaars wedstrijden. Hierdoor ben ik ook naar een Football wedstrijd geweest. Bij deze wedstrijden speelt de schoolband en zijn cheerleaders. Dit is echt heel anders dan in Nederland maar leuk om een keer te ervaren. Naast Mindy’s wedstrijden heb ik ook veel sportwedstrijden gekeken.

Gastgezin
De Amerikaanse families zijn heel gastvrij. Ze willen je een leuke tijd bezorgen en proberen je zoveel mogelijk van de omgeving te laten zien. Ze zijn geïnteresseerd in Nederland. Ze hebben alleen geen enkel idee van Nederland. Ze stellen vragen als: “ Hebben ze in Nederland ook snelwegen.” Het eten is anders. Ze eten vooral vlees en weinig groente. Van mijn gastgezin heb ik veel eten gekregen om mee terug te nemen. Ik had bijna geen plaats meer in mijn koffer voor mijn kleding en daarom heb dat maar ik mijn handbagage meegenomen.

De uitwisseling was heel erg gezellig en leuk. We hebben leuke dingen gedaan en veel leuke, nieuwe mensen ontmoet. Ook heb ik ontdekt dat er wel cultuurverschillen zijn, maar dat het meeste toch hetzelfde is. Iedereen vond het jammer om weer naar huis te gaan. We hadden allemaal langer willen blijven. Ik heb er zin in om de Amerikanen in april weer te zien.  
  
                                          Bij een Football wedstrijd



woensdag 2 oktober 2013

klas 4, schrijfopdracht 1, reactie op forum


Het leren lezen van literaire teksten

Naar mijn mening is het een goed streven om jongeren te leren om teksten van enig niveau te begrijpen. Het lijkt mij een goed idee als hier op jonge leeftijd al mee wordt begonnen. Het is belangrijk om jongeren te stimuleren om literatuur te lezen.

Volgens de schrijver kunnen zelfs hoogopgeleide jongeren geen ingewikkelde teksten lezen. Dat vind ik een beetje overdreven. Er zijn wel jongeren die lezen leuk vinden en genoeg concentratie en geduld hebben om een (literaire) tekst te lezen. Ook kun je niet van iedereen verwachten dat ze het niveau hebben om deze teksten te begrijpen. Er zijn mensen die echt niet in staat zijn om deze teksten te lezen.

Ook met één of twee uur Nederlands per week kunnen jongeren hun schriftelijke taalvaardigheid verbeteren.  Het lagere niveau schriftelijke taalvaardigheid is niet te wijten aan het aantal lesuren, maar de kwaliteit hiervan. In twee lesuren hard werken, kun je meer leren dat vier uur lanterfanten. Het is daarom belangrijk om de kwaliteit van de lessen te verbeteren en niet zo zeer het aantal uur les.   

Dat scholieren moeite hebben met het lezen van literaire teksten heeft een oorzaak. Het niveauverschil tussen de literaire teksten en de boeken die jongeren over het algemeen lezen is groot. De overgang van kinderboek naar literaire tekst moet geleidelijker worden ingevoerd.


donderdag 13 juni 2013

klas 3, schrijfopdracht 8, ingezonden brief

Beste redactie,

Op de opiniepagina van 7 mei 2012 betoogd Ewout Sanders dat we tijdens de nationale herdenking op vier mei niet alleen de slachtoffers, maar ook de daders van de Tweede Wereldoorlog moeten gedenken. Hij schrijft onder andere dat het mededogen van sommige daders juist respect zou opleveren.

Tijdens de herdenking worden de slachtoffers herdacht. Een slachtoffer is iemand die heeft geleden onder een strafbaar feit. De slachtoffers kiezen hier niet zelf voor. De daders hebben echter wel een keuze. Het was niet verplicht om lid te worden van de NSB of om Joden op te pakken en naar Westerbork te transporteren. De mensen die dat deden hebben daar bewust voor gekozen. Nergens is de bezetter zo goed door de al bestaande politie geholpen als in Nederland. Moeten de mensen die daar aan hebben meegewerkt door een herdenking geprezen worden voor hun daden? Ze waren geen slachtoffer van de tijd, ze waren slachtoffer van hun eigen angst voor de bezetter. 

Daarnaast heeft de oorlog een enorm effect op de slachtoffers gehad. Ook tweede en derde generatie slachtoffers kunnen door de verhalen van familieleden een deel van die pijn voelen. Je wil toch niet iemand gedenken die meegewerkt heeft om jou familie te vermoorden. Vanuit die pijn gaat bijvoorbeeld de Joodse groepering TOF over tot acties. Moet de pijn van deze mensen worden afgestraft?

De regeldrang van de Joden is te verklaren. Joodse instellingen of synagoge worden regelmatig aangevallen. Daardoor voelen de Joden zich constant bedreigd en willen elk geluid dat ook maar lijkt op verzet tegen het Jodendom in de kiem smoren. Van uit de angst voor een herhaling van de historische gebeurtenissen is dit te verklaren en misschien ook wel op zijn plaats.

Dat niet iedereen meer beseft dat daders een keuze hadden, hoeft toch niet te betekenen dat we de daders gaan gedenken als slachtoffer van hun tijd. De nationale herdenking is een herdenking voor slachtoffers, niet voor de daders.

Met vriendelijke groet,

Mariëlle van Es


maandag 13 mei 2013

klas 3, schrijfopdracht 7, interview


“Geld ligt op straat, niet op kantoor.”

Jory Verwolf (1955) is opsporingsambtenaar bij de FIOD, de financiële inlichtingen en opsporingsdienst. Daarnaast was hij tussen 2002 en 2008 wethouder in Zederik.

Officier bij de marine
 “Vroeger had ik  helemaal niet de ambitie om bij de belastingsdienst te gaan werken. Toen ik vijftien was wilde ik officier bij de marine of ingenieur bij een botenbouwbedrijf worden. Ik was geïnteresseerd in boten en zeevaart. Ik heb me zelfs laten keuren voor de functie officier bij de marine.
Totdat ik op de middelbare school bleef zitten en een beroepentest deed. Uit de test kwam naar voren dat de economisch en administratieve sector beter bij me paste.”

Belastingdienst
De opleiding bij de belastingdienst is een combinatie tussen werken en leren. “Ik heb bij verschillende accountantskantoren gesolliciteerd en ik kon overal terecht. Ik heb uiteindelijk voor de belastingsdienst gekozen. De combinatie tussen studeren en verdienen trok mij aan. Ook is deze opleiding een goede basis geweest voor mijn latere baan.”
Na zijn opleiding heeft hij bij de Rijksaccountantsdienst gewerkt; controleafdeling van de belastingsdienst. Nu werkt hij bij de FIOD, de financiële inlichtingen en opsporingsdienst.
“Dat lijkt op de functie die ik eerst had, maar bij de FIOD gaat het over mensen die bewust de fout ingaan.”

FIOD
“Ik ben opsporingsambtenaar bij de FIOD, mijn baan lijkt op die van een rechercheur bij de politie: ik ben dus een rechercheur bij de belastingdienst. Ik spoor financiële en fiscale misdrijven op zoals belastingontduiking, verzwijging van rente en zwart geld.” 

“Ik vind mijn werk erg leuk. Het is een afwisselende baan. Ik werk veel met mensen en doe ook zelfstandig onderzoek. Het is ook een creatief beroep. Dat trekt mij aan in mijn baan.”

Jory vindt dat zijn baan ook enkele minder leuke kanten heeft. “De bureaucratie en de regelgeving neemt toe. Wij moeten ons aan regels houden, maar de belastingontduikers niet. Je moet bij wijze van spreken als je iemand opbelt eerst vragen: “ Heb je al een advocaat geregeld?” en een advocaat regelen voordat je het gesprek kunt voortzetten.
Al die regels maken het werk moeilijker. Door al die regelgeving is er steeds meer werk op kantoor want er moet steeds meer op papier worden gezet. Ik vind het werk buiten het kantoor leuker. Het geld ligt op straat, niet op kantoor.”

Naast zijn werk, heeft Jory een gezin en is actief op kerkelijk- en politiek gebied “Het is geen negen tot vijf baan. Maar het is goed te combineren met een gezin en andere activiteiten.”

Opleidingen
 “Ik doe nog steeds opleidingen, om mijn bevoegdheden bij te houden. Ik vind de opleidingen leuk. De examens hoeven van mij niet. De laatste tijd heb ik veel cursussen en studiedagen gehad. Vrijdag heb ik  een cursus strafvordering. Ook heb ik binnenkort een beveiligingsdag. Op zo’n dag oefen je hoe je een huiszoeking moet doen. Verschillende situaties die bij huiszoekingen kunnen ontstaan worden in scène gezet.”

Politiek
 “De politiek heeft mij altijd al geïnteresseerd. Op mijn vijftiende ben ik lid geworden van het politieke weekblad van de ARP. Verder ben ik toen niet actief geweest.  Laten ben ik wel actief geworden. Zo was ik in 1978 nauw betrokken bij de fusie van de ARP tot het CDA in Zederik. Ook ben ik op vele terreinen actief geweest in het regionale CDA. Daarnaast heb ik een jaar als penningmeester in het dagelijks bestuur  van het regionale CDA gezeten. Ik ben acht jaar raadslid geweest, waarvan zes jaar fractievoorzitter in gemeente Zederik. Van 2002 tot 2010 was ik wethouder sociale zaken bij gemeente Zederik.”

Wethouder
 “Ik ben wethouder sociale zaken geworden omdat het CDA de grootste partij was en ik mocht kiezen. Sociale zaken leek mij de interessantste portefeuille. Ik ben onder andere betrokken geweest bij de bouw van Open Vensters* en het Spant**.”

“We begonnen in een situatie waarbij er nog weinig geloof in Zederik was. Speelde Zederik nog wel ergens een rol in en was het nog ergens belangrijk voor? We hebben toen met z’n allen geprobeerd om te laten zien dat Zederik wel belangrijk is. Door verschillende projecten hebben we geprobeerd om de bevolking enthousiast te maken. In Ameide-Tienhoven hebben we onder andere het winkelcentrum en Open Vensters* nieuw gebouwd en een kunstgrasveld aangelegd op het sportveld. Het was financieel ook een betere periode. Door die projecten groeide het geloof in Zederik ook.”

“Ik kijk met veel voldoening terug op deze periode. Ik heb mijn periode als wethouder zeer positief ervaren. Natuurlijk waren er ook wel hobbels en frustratie maar ik ben zeer tevreden met de situatie.”

Door zijn functie als wethouder heeft Jory ook in het bestuur van de Avelingengroep*** gezeten. “Ik vond het erg interessant om te zien wat dat betekent voor die mensen. We hebben  geprobeerd als gemeente dingen, zoals een stukje groen onderhouden door deze mensen te laten doen”

Trends
Je hoort in de media steeds vaker dat politici worden bedreigd. Jory is nog nooit echt bedreigd.  “Ik ben nooit echt bedreigd maar er zijn wel mensen die me niet meer aankijken. Maar je leert er mee leven. Je kan het niet iedereen naar de zin maken.”

Jory merkt ook dat het steeds moeilijker wordt om mensen te vinden voor de politiek.
 “Mensen vinden voor één project is niet zo moeilijk. Het is moeilijker om mensen te vinden voor een langere periode. Dat is jammer. De motivatie van uit geloof is ook verdwenen.”
Toch is de interesse in politiek volgens hem niet minder geworden. “De jeugd heeft wel ambitie. We moeten opzoek naar een nieuwe manier om mensen aan te trekken. We moeten jongeren aanmoedigen, zo kunnen we de democratie in stand houden. In de politiek kunnen jongeren meebeslissen over hun toekomst.”
Deze nieuwe ontwikkelingen brengen ook problemen met zich mee. “Ik heb de angst dat doordat er mensen minder mensen actief worden in de politiek, mensen opeens dingen beginnen te roepen. Daardoor kunnen we veel problemen krijgen. De huidige politieke partijen geven rust en stabiliteit. Als er opeens mensen dingen gaan roepen en geen boodschap meer hebben aan de huidige politieke partijen worst die rust en stabiliteit verstoord. Daardoor kan een onrustige situatie ontstaan in de politiek.”

Vanuit deze visie ziet hij een aantal dingen in het huidige politiek systeem graag veranderen.
“Ik zou graag zien dat meer mensen betrokken zijn bij de politiek en willen meedoen.”
Ook zie hij graag dingen veranderen in de functies. “Als wethouder moet je de balans zien te vinden tussen goed geïnformeerd zijn en niet alleen maar bezig zijn met rapporten lezen of schrijven. Dan gaan mensen zich afvragen:” Wat doen wethouders eigenlijk?”  Als wethouder moet je nu vaak (te) veel rapporten lezen of schrijven. Er is een spanningsveld ontstaan tussen je persoonlijke presentatie en het voortdurend proberen te voorkomen dat je ondersneeuwt in de papieren massa. Ook komt er steeds meer bureaucratie. Deze dingen zou ik graag veranderd zien.”

Toekomst
“Ik ben nu geen wethouder meer, maar ik ben nog steeds actief in verschillende besturen. Ik ben bezig met de campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen voor volgend jaar
Ik ga steeds vaker naar CDA partijbijeenkomsten of activiteiten. Ik vind de politiek nog steeds leuk. Ik wil me gaan inzetten om jonge mensen aan te trekken en meer een stimulerende of coachende rol hebben.”

Informatief en gezellig
Het interview met Jory was interessant. Hij vertelde veel informatie en gaf uitgebreid antwoord. Het was erg gezellig. Na het interview hebben we nog even na gepraat over de politiek. Tijdens het interview heb ik gemerkt dat politiek de hobby van Jory is. Opsporingsambtenaar bij de FIOD is zijn werk.












*het verzorgingstehuis in Ameide   ** het buurthuis in Ameide   *** bedrijf waar mensen met een beperking  werken



donderdag 21 februari 2013

klas 3, schrijfopdracht 6, klachtenbrief

Mariëlle van Es
Vleeshoudersstraat 15
2958 AT Dordrecht
M. Woudstra
Oude Gracht 31
2011 GL Haarlem
Dordrecht, 21 februari 2013
Betreft: schaatsen Kootstra
Geachte heer Woudstra,

Bij uw buitensport winkel Hamster bv heb ik een paar schaatsen van 125 euro gekocht.
Ik had mijn oog echter laten vallen op een paar van 100 euro.


In oktober wilde ik een paar nieuwe schaatsen kopen bij Hamster bv. Deze moesten echter in mijn maat bestelt worden. Ik ben niet gebeld om het door mij bestelde paar op de halen.
Toen ik in november terug kwam, was dit model schaatsen niet meer leverbaar. Ik heb toen een duurder paar Kootstra schaatsen gekocht. De verkoper wilde mij geen korting geven op deze schaatsen.

Bij de eerste training bleek de veterbevestiging van de linkerschoen kapot te zijn. De verkoper beloofde de schaatsen te repareren. Maar ik wilde mijn geld terug. De verkoper heeft mij  een tegoedbon van 50 euro gegeven die ik binnen twee maanden bij Hamster bv moet besteden.

Ik ben niet tevreden over de service van de winkel. De tegoedbon vergoed niet het hele bedrag van de schaatsen en ik heb nog steeds geen goede schaatsen. Ik wil het hele bedrag van de door mij gekochte schaatsen van 125 euro terug. Ik hoop zo spoedig mogelijk van u te horen.

Met vriendelijke groet,
Mariëlle van Es






donderdag 31 januari 2013

klas 3, schrijfopdracht 5,  uiteenzetting

Kletsende dolfijnen
Hoe intelligent zijn dolfijnen?

Dolfijnen staan bekend als mooie en speelse dieren. Maar hoe intelligent zijn deze dieren? Kunnen ze net als mensen praten? Of zijn dolfijnen alleen maar slanke en vrolijke dieren?

Dolfijnen zijn sociale dieren, ze zijn nieuwsgierig en speels. Dolfijnen hebben veel contact met andere diersoorten en zelfs met mensen. Ook uit de manier waarop dolfijnen samenleven blijkt dat het sociale dieren zijn. Ze leven samen in groepen van soms wel 500 dieren.

Communiceren met geluiden
Dolfijnen “praten” met elkaar door het maken van geluiden, lichaamstaal en lichamelijk contact. Dolfijnen maken verschillende soorten geluiden. Wetenschappers hebben deze geluiden in 2 soorten ingedeeld: sonargeluiden en fluitsignalen. Sonargeluiden worden gebruikt om de omgeving te analyseren, prooien te zoeken en ze te verdoven. Aan de tijd tussen het geluid en de echo kunnen dolfijnen grootte, vorm, snelheid en dichtheid van een voorwerp horen.

Fluitsignalen gebruiken dolfijnen om met elkaar te communiceren. Elke dolfijn heeft zijn eigen fluitsignaal. Dolfijnen kunnen elkaar zo bij naam roepen.

Deze soorten geluiden zijn in verschillende categorieën ingedeeld. Bij sonargeluiden maken dolfijnen gepulseerde geluiden. Dat zijn korte klikjes die elkaar snel opvolgen. Deze klikjes gebruiken dolfijnen om zich te oriënteren. Ze gebruiken geluid dus ook als een manier om de omgeving te “zien”

 Naast deze gepulseerde geluiden maken dolfijnen ook zuivere tonen: fluiten, piepen, schreeuwen of gillen. Niet alle dolfijn soorten kunnen deze geluiden maken.

Wetenschappers hebben ontdekt dat dolfijnen verschillende toonhoogtes kunnen afwisselen. Dolfijnen kunnen ook geluiden van andere diersoorten imiteren. Fluitjes die mensen maken, kunnen ze perfect reproduceren.

Met zuivere tonen uiten dolfijnen hun emotie. Wetenschappers proberen deze tonen in verschillende categorieën in te delen. Dat is niet gemakkelijk, want dolfijnen produceren veel verschillende soorten tonen. Wetenschappers hebben ontdekt dat elke familie andere geluiden maakt. Door de geluiden van een dolfijn te analyseren, kunnen wetenschappers horen uit welke familie de dolfijn komt.



Dolfijnen communiceren niet alleen met geluiden, maar ook door lichaamstaal, bijvoorbeeld door met hun staart op het water te slaan. In het dolfinarium kunnen verzorgers aan het gedrag van de dolfijnen zien hoe ze zich voelen.

De sociale status van een dolfijn kun je aan de geluiden die ze maken en hun lichaamstaal aflezen. Dolfijnen passen hun geluiden aan hun gedrag aan. Dolfijnen maken ook lichamelijk contact om hun emotie uiten. Ze slaan elkaar bijvoorbeeld als teken van agressie.

Dolfijnentherapie
Dolfijnen kunnen niet alleen met elkaar, maar ook met mensen communiceren. Dolfijnen worden ingezet bij therapieën voor mensen met depressie, down syndroom, hersenverlamming en andere ziektes. Zee biologische psychologen leren de dolfijnen dat ze contact moeten maken met de mensen in het water. Dolfijnen helpen mensen zo met het leren van communiceren met andere mensen. Kinderen met een communicatiestoornissen zoals autisme leren mensen aan te kijken als ze praten of in hele zinnen te praten.

Dolfijnen hebben dus verschillende manieren om te communiceren. Ze kunnen emoties uiten maar ze praten niet met elkaar zo als wij dat doen. Dolfijnen gebruiken het maken van geluiden, lichaamstaal en lichamelijk contact om emoties en gevoelens te uiten. Ook kunnen ze mensen helpen met het verbeteren van hun commutatieve vaardigheden.

 

 

donderdag 17 januari 2013


klas 3, schrijfopdracht 4, nieuwsbericht

Hoelahoeplende docenten op het gymnasium
De docenten van het gymnasium organiseerden een kerstkermis

Gorinchem- Op 20 december heeft de Goede Doelen Commissie van gymnasium Camphusianum samen met de docenten een kerstkermis georganiseerd. Met deze kermis hebben ze geld opgehaald  voor Serious Request.
 Docenten die een hele middag staan te hoelahoepen op een podium, een lerares Nederlands die “Rupsje nooit genoeg” voorleest of een wiskunde leraar die je met sponzen mocht bekogelen. Dit gebeurde allemaal op de kerstkermis van het gymnasium Camphusianum.

De Goede Doelen Commissie, kortweg GDC  organiseerde deze kermis. Deze commissie bestaat uit leerlingen en twee begeleiders. Zij probeerden het eerst halfjaar van het schooljaar zoveel mogelijk geld voor Serious Request op te halen. Dat deden zij onder andere door het organiseren van deze kermis.

De kermis duurde van 12:00 to 14:00 en was alleen toegankelijk voor leerlingen.

Levende fruitautomaat
Op de kermis hadden de docenten een “kermisattractie” bedacht. Op de kermis kon je voor één euro een battle dansen tegen een leraar, je gok wagen op een levende fruitautomaat, het spel popping spelen  en aan vele andere activiteiten deelnemen.  Door de school liepen docenten verkleed als bedelaars en kon je jou toekomst laten voorspellen door “Pythia”, de priesteres van het orakel in Delphi.

Uitverkocht
Naast deze dingen was er ook van alles te eten zoals zelf gemaakte erwtensoep, wafels en zelf gemaakte oliebollen.  Dat  de leerlingen deze activiteiten waardeerden was duidelijk. De oliebollen, erwtensoep etcetera waren snel uitverkocht. De wafels konden ook niet snel genoeg gebakken worden en waren aan het eind van de middag helemaal uitverkocht.

De kermis was een groot succes. Totaal gaven de leerlingen  € 2.200 uit aan deze kermis. De GDC en haar begeleiders kunnen terugkijken op een zeer geslaagde middag. Met de kerstkermis en enkele andere activiteiten heeft het  Camphusianum   een mooi bedrag opgehaald voor Serious Request. Totaal hebben de acties van het Camphusianum  € 4.275,15 opgehaald.

De levende fruitautomaat